Wegens de nationale staking (29/04) en de feestdag (01/05) kan de levering van je pakje vertraging hebben.
Vandaag de dag beschikken we over een heel arsenaal aan pijnstillers om acute pijn te verlichten. Maar niet eender welk analgeticum kan voor eender welke pijn gebruikt worden...
Het is cruciaal om acute pijn doeltreffend te behandelen om te vermijden dat de pijn chronisch wordt. Tegenwoordig bestaat er een brede waaier aan analgetica. Welk geneesmiddel het meest geschikt is, hangt af van de intensiteit van de pijn die de patiënt voelt maar ook van het type pijn in kwestie (neuropathisch of nociceptief).
Om pijn bij kankerpatiënten beter aan te pakken, heeft de WHO een ladder voor het stapsgewijze gebruik van analgetica uitgewerkt. Die ladder is gebaseerd op de hoeveelheid pijn die de patiënt voelt. Er worden drie categorieën van pijnstillende geneesmiddelen onderscheiden:
Stap 1: lichte pijn
Niet-opioïde analgetica zoals paracetamol en niet-steroïde ontstekingsremmers (NSAID's) dienen voor lichte tot matige pijn. De meeste zijn vrij te koop in de apotheek.
Stap 2: matige tot zware pijn
Lichte opiaten zoals codeïne en tramadol zijn moleculen die dicht aanleunen bij morfine (en dus bij opium). Ze werken in op het centrale zenuwstelsel. Ze zijn enkel verkrijgbaar op voorschrift.
Stap 3: intense pijn
Krachtige opiaten zoals morfine, buprenorfine, oxycodon, fentanyl en hydromorfon, zijn bedoeld voor intense pijn die niet vatbaar is voor andere analgetica. Ze zijn enkel verkrijgbaar op voorschrift.
Bij intense pijn is het aanbevolen om meteen te beginnen met geneesmiddelen van stap 3. Bij lichte pijn moet je daarentegen beginnen met geneesmiddelen van stap 1 of alternatieven voor geneesmiddelen gebruiken. Als die niet het gewenste effect hebben, kan je overgaan naar een hogere stap op de ladder.
De combinatie van een niet-opioïde geneesmiddel met een opiaat versterkt het pijnstillend effect en kan betere resultaten opleveren. De inname van paracetamol of een ontstekingsremmer zal de werking van het opiaat immers versterken en verlengen. Daarom kan je arts beslissen om behandelingen van stap 1 en 2 of van stap 1 en 3 te combineren. Het is daarentegen afgeraden om geneesmiddelen van stap 2 en 3 te combineren aangezien het allebei om opiaten gaat.
Bij zenuwpijn of neuropathische pijn hebben behandelingen met klassieke analgetica geen effect. De arts zal in dat geval andere behandelingstypes voorschrijven die normaal gezien gebruikt worden voor andere doeleinden dan pijn, maar die doeltreffend blijken om neuropathische pijn te verlichten: bepaalde anxiolytica, antidepressiva, anti-epileptica of neuroleptica. Het is ook mogelijk dat de arts die behandelingen combineert met klassieke analgetica zoals zogenaamde ‘adjuvante’ behandelingen voor gemengde pijn.